Onder palliatieve zorg valt alle zorg die erop gericht is om patiënten met een levensbedreigende ziekte (en zijn/haar naasten) een zo hoog mogelijke kwaliteit van leven te geven.
Als een patiënten ongeneeslijk ziek blijkt te zijn, is voorkoming en/of genezing van de ziekte niet langer aan de orde. De zorgverlening wordt dan op zo een manier ingericht dat lichamelijke klachten zoveel mogelijk worden verminderd, tevens is er aandacht voor de psychische, sociale en/of spirituele problemen die zich tijdens deze periode voor kunnen doen.
Het belangrijkste doel van de betrokken zorgverleners is om de patiënt een zo comfortabel mogelijk ziekte- en sterfbed te geven. Het verlichten van de klachten is het hoofddoel van de zorgverlening. Niet de lengte, maar de kwaliteit van leven staat centraal. Palliatieve zorg voegt leven toe aan de dagen, waar geen dagen meer kunnen worden toegevoegd aan het leven.
Als het einde nadert, en tijd alsmaar kostbaarder wordt, is kwaliteit van leven niet iets dat uitsluitend met de inzet van techniek, therapieën of medicatie te bereiken valt. Menselijke aandacht, liefde en warmte zijn dan minstens zo waardevol.
Voor iedere patiënt betekent de kwaliteit van leven iets anders. Uit onderzoek is wel gebleken dat de patiënt als eerste baat heeft bij een goede pijn- en symptoombestrijding. Als de lichamelijke klachten niet goed onder controle gehouden kunnen worden, is het vaak ook moeilijk om te genieten van het leven. Andere behoeften van patiënten zijn voornamelijk emotionele, spirituele en praktische ondersteuning, aandacht voor comfort en een persoonlijke en respectvolle benadering door zorgverleners.
Er wordt daarnaast veel waarde gehecht aan vaste, vertrouwde zorgverleners, zodat patiënten niet iedere keer een ander gezicht voor zich zien. Behalve medicamenteuze ondersteuning, kan een luisterend oor ook erg waardevol zijn. Praten over de situatie van de patiënt kan moeilijk zijn, maar het kan ook een verlichting van de zorgen betekenen. Veelvoorkomende problemen in de palliatieve fase zijn namelijk angst, depressie en verwardheid. Niet alleen door de inzet van mantelzorgers en/of vrijwilligers, maar ook de inzet van professionals, kunnen veel van deze psychosociale problemen verholpen worden, zonder dat medicijnen gebruikt moeten worden.